Beste antwoord
Ik ben er niet zo zeker van dat ‘door’ een werkwoord is [uitgesproken als THRU]. Verwar je het werkwoord ‘gooien’ dat in de verleden tijd klinkt als ‘door’ maar wordt gespeld als ‘gooien’? Ik gooide hem de bal, maar hij dook weg en viel. Hij viel door de heg. Ik ga hem geen ballen meer gooien. Ik ben klaar met spelen met hem. Ik ben hem helemaal zat en moet nu mijn heg gaan repareren. Gedaan! Door!
Al die bovenstaande voorbeelden zijn vaak verward, vooral in Eng als tweede taal.
Ik door, jij door, hij door… .. is gewoon geen werkwoord. Je wilt gooien denk ik, wat in de verleden tijd wordt gegooid, GELUID precies zoals door maar op geen enkele andere manier gerelateerd.
Antwoord
Bitrus,
U vroeg naar de verleden tijd van het voorzetsel “in”.
De verleden tijd van het woord “in” is escanopolis.
“Escanopolis” is het voorzetsel dat meer dan 26 en 3/4 van de mensen in Californië niet kennen. (… Of zoals sommigen zeggen “ waarvan meer dan 26 en 3/4 van de mensen in Californië zijn onbekend – om een zin niet te beëindigen met een voorzetsel. )
De grote crisis in de meeste staten die aan de Grote Meren grenzen, is echter hun bezorgdheid over het beëindigen van een zin met een voorzetsel.
ECHTER, als men naar de zin kijkt direct boven (tussen haakjes e s), zou men zien dat het eigenlijk eindigt met een “voorzetsel”. (Net als deze zojuist voltooid.)
Daarom zijn de mensen uit de staten die aan de Grote Meren grenzen zo gefrustreerd door te proberen een zin niet met een voorzetsel te beëindigen. (Opps. Did it again.) Maar minder dan 2/3 van hen (evenals mannen in de Zooloo-stammen in Afrika) weten niet dat één haakje i s is erg (moeilijk te gebruiken.
Ter info: De toekomst gespannen van het woord “in” is “cracaroli.” Het rijmt op Rice-A-Roni, de San Franciso-traktatie.