Beste antwoord
Het is zo simpel als ABC .
Nee, echt waar! De drie componenten van de houding van consumenten in marketing zijn:
- Affectief
- Gedrag
- Cognitief
De affectieve component verwijst naar de gevoelens of emotionele reactie van de consument op een bepaald object. Een persoon met claustrofobie voelt zich bijvoorbeeld nerveus en bang voor een lift.
De gedragscomponent verwijst naar de manier waarop een consument zich gedraagt wanneer ze zijn blootgesteld aan een bepaald object. Een persoon met claustrofobie zal bijvoorbeeld beslist uit de buurt blijven van een lift.
Ten slotte verwijst de cognitieve component naar de gedachten en overtuigingen die men heeft over een bepaald object. We hebben al besproken hoe een claustrofobisch persoon zich voelt en zich gedraagt ten opzichte van een lift, dus wat vindt die persoon van een lift?
Het is mogelijk dat ze gelooft dat liften niet genoeg ademruimte bieden of dat het gevaarlijk om op te rijden als de stroom uitvalt. Dat is hun voorkennis van liften.
De houding van de consument kan zowel een nadeel als een voordeel zijn voor een marketeer. Opvallende marketeers maken gebruik van hun begrip van deze attitudes om p het gedrag van consumenten te herzien.
Deze slimme marketeers weten precies hoe ze de verschillen tussen de affectieve, gedrags- en cognitieve componenten, terwijl deze worden gebruikt bij de ontwikkeling van marketingstrategieën.
De juiste tools hebben om klantgegevens te verzamelen en klantinteracties vast te leggen kan u helpen de gevoelens en het gedrag van uw klanten ten opzichte van uw merk te bepalen.
Antwoord
- Affect (gevoelens ) – Dit zijn gevoelens die de consument koestert ten opzichte van een bepaald merk. De gevoelens kunnen al dan niet worden beïnvloed door hun overtuigingen.
bijv. : Een consument die vindt dat alcoholische dranken moreel onaanvaardbaar zijn vanwege hun overtuiging waarvoor alcoholische dranken worden gebruikt, en vanwege de schade die daarmee gepaard gaat.
2. Overtuigingen – Dit kan een positieve of negatieve overtuiging zijn die een consument heeft, die niet hoeft te kloppen.
bijv .: Chocolade is heerlijk
3. Gedragsintentie: dit is wat de consument van plan is te doen met het merk. Dit kan sterk worden beïnvloed door het affect en de overtuiging.
bijv .: een consument die besluit een nieuwe gadget aan te schaffen na overleg met de serviceagent in de winkel.